Mieke Sterk steeg boven Atmodes uit

1. Het startschot

Het verhaal van Mieke Sterk begint bij een strandwedstrijd. Ria Ineke-de Vos, de voorzitter van Atmodes zag wel wat in haar en suggereerde haar op atletiek te gaan. Tot dan toe deed ze aan korfbal bij Animo Ready en aan basketbal bij White Stars. In het begin van het baanseizoen van 1963 werd Mieke lid van Atmodes. Ze was toen al 17 jaar, juniore A1. Meteen al in haar allereerste wedstrijd, op 12 mei van dat jaar in Den Haag, was het raak: ze sprong 5.21 meter ver. Een clubrecord. En ze liet ook meteen zien dat ze een sprintster was: 12.7 sec. op de 100 meter. Een week later, in Beverwijk, had ze haar tweede clubrecord binnen, nu met het estafetteteam op de 4×100 meter (51.0 sec.). Het werden uiteindelijk in haar eerste atletiekjaar zes clubrecords op vier verschillende onderdelen. Een maand na de eerste wedstrijd mocht Mieke al meedoen aan een internationale wedstrijd. Kortom, Atmodes had er weer een multitalent bij.

2. De acceleratie (1963-68)

Mieke Sterk loopt een Nederlands record op de 200 meter in 23,6 s.

1968: NR op de 200 m

Mieke kwam naar voren in het kielzog van allrounder Ellen Joacim-Ort, met wie ze drie jaar Atmodes deelde. Het kan niet anders dan dat Mieke veel heeft opgestoken van Ellen en van haar man, Harry Joacim, die in die tijd de trainer was.
Het tweede jaar bij Atmodes, nu als junior A2, leverde negen clubrecords op. Ze deed dat jaar aan maar liefst 24 wedstrijden mee. In haar twee juniorenjaren mocht Mieke deelnemen aan negen internationale wedstrijden, waarvan vier interlands.
Mieke werd al snel toegevoegd aan de estafetteploeg van Atmodes. Samen met Ellen Ort, Jos van Duffelen en Ans Pennart stond er een geweldige ploeg op de baan. Het team verbeterde vier keer het clubrecord op de 4x100m: 51.0 en 50.4 sec. in 1963 en in het jaar erop 48.4 en 48.2 sec. Ook op de ‘bijnummers’ deed Mieke het in deze periode prima: 1.38 op de 600 meter, 1.50 meter hoog en 5.47 meter ver. Met andere woorden, ze begon zich te ontwikkelen tot meerkamper. In de tussentijd deed ze ook nog steeds aan korfbal en basketbal. Pas in 1966 zou ze daarmee stoppen. En dat naast haar gymnasiumstudie en de sociale academie. Het zal een druk bestaan zijn geweest.
In 1965 was Mieke senior geworden. Het verbreken van clubrecords werd daarmee veel lastiger. Het lukte alleen op twee minder populaire onderdelen, de 800 meter en de 4×200 meter. Maar op alle onderdelen bleef ze zich verbeteren. Een jaar later dook Mieke op de 100 meter voor het eerst onder de 12 seconden. En op de 80 meter horden verbeterde ze het clubrecord van Ellen Ort tot 11.4 sec.
In 1967 werd Wil Westphal haar trainer. Tien jaar lang zou hij haar begeleiden. In stapjes ging de 80 meter horden naar 11.0 sec. Verder nam ze het clubrecord op de vijfkamp over van Ellen Ort. In het jaar 1968 richtte Mieke zich helemaal op de Olympische Spelen. Geen vijfkampen meer, alleen sprintnummers tot 400 meter, estafettes en de 100 meter horden.

3. Hordes nemen

Mieke had niet alleen het talent en doorzettingsvermogen dat haar tot een uitstekend atleet maakte, maar beschikte ook over een karakter dat haar geschikt maakte om de absolute top te bereiken. Want Mieke was doelgericht, had er een hekel aan dingen half te doen, had haar eigen mening en ging haar eigen weg. Het waren eigenschappen die nodig waren om zich staande te houden in de soms harde wereld van de topsport. Ze kon niet tegen onrechtvaardigheid. Kwam dat op haar weg, dan ging ze ertegenin. Ze ging liever dwars door de hordes, dan eromheen. Soms leek het wel of ze conflicten nodig had om optimaal te kunnen presteren. De bobo’s van de atletiek kunnen daar over meepraten.
Mieke was als telg uit een overtuigd PvdA-gezin politiek erg betrokken. Haar eerste openbare politieke statement was haar weigering om in 1970 deel te nemen aan het Europees Kampioenschap atletiek in Athene, vanwege het kolonelsregime in Griekenland. Uiteraard tot woede van de KNAU-officials. Verder liep ze als ‘product van de jaren ‘60’ mee in de voorhoede van de vrouwenemancipatie en in die van het medebeslissingsrecht van sporters in hun bond. Wederom uit een gevoel van onrechtvaardigheid. Zo pleit ze voor een atletenzetel in de Unieraad. Vanwege het in haar ogen klungelige beleid van de KNAU liet ze zich negatief uit over bepaalde officials. Dat kwam haar aanvankelijk op een levenslange uitsluiting te staan voor deelname aan landenwedstrijden. Maar dit besluit werd later herzien.

4. Naar de Olympische Spelen (1968)

Mieke werd als lid van het Nederlandse estafetteteam op de 4×100 meter uitgezonden naar de Olympische Spelen van Mexico in 1968. De voorbereiding was verre van vlekkeloos. Want het Olympisch Comité en de trainer van Mieke, Wil Westphal, lagen met elkaar overhoop. Hij mocht niet mee. Maar ondanks dat waren de tijden in proefwedstrijden op de hooggelegen baan onwaarschijnlijk snel: 44.3 en 43.7 sec. waren Nederlandse records voor het team, dat bestond uit Wilma van den Berg, Mieke Sterk, Truus Hennipman en Corrie Bakker. Toen de Spelen geopend werden, was Mieke er niet bij. Ze mocht niet in de ceremonie meelopen, omdat ze haar rok had ingekort. Aan de andere kant spaarde ze zo energie. Wat er in de series gebeurde hadden buitenstaanders niet kunnen bedenken. De Nederlandse dames liepen een heus wereldrecord: 43.44 sec.! Maar helaas bleef dit record maar één dag overeind. Want in de finale waren de teams van de VS (42.87), Cuba (43.35) en de Sovjet Unie (43.41) nog sneller. Het Nederlandse team kon in de finale helaas geen potten meer breken. De focus was weg. Hoe dan ook: tot nu toe heeft een Nederlandse vrouwenploeg nooit sneller gelopen dan de 43.44. Ook niet in de dagen van Nelli Cooman.

5. De finish (1972-76)

Mieke Sterk over de horden

Mieke over de horden

Na Mexico stapt Mieke over naar de Amsterdamse club ADA. Niet alleen omdat ze in Amsterdam woonde, maar vooral omdat haar trainer Wil Westphal naar ADA ging. Naar eigen zeggen zou Mieke onmiddellijk gestopt zijn met atletiek als hij niet meer haar trainer zou zijn. Ook bij ADA bereikt Mieke nog tal van successen: derde bij de Universiade en diverse Nederlandse titels. Als Westphal in 1976 vervolgens overstapt naar de mannenclub AAC gaat ze daar ook heen om te trainen, maar besluit ze in haar wedstrijden weer voor Atmodes uit te komen. Ook in deze periode levert Mieke weer veel goede prestaties. Ze behaalt verschillende Nederlandse titels en verbreekt vier nationale records, zoals de 13.2 sec. op de 100 meter horden en de 4828 punten op de vijfkamp. Op de 100 meter horden is ze nauwelijks te verslaan. Eigenlijk was Mieke haar club Atmodes ontgroeid. Ze was feitelijk de enige atlete van haar tijd die op internationaal niveau kon meekomen. Ze verbleef veel in het buitenland om daar aan internationale wedstrijden mee te doen. Waarschijnlijk staan lang niet alle resultaten vermeld in het clubblad. De band met haar club was in de loop van de tijd minder geworden. Het lidmaatschap was er vooral voor de wedstrijdlicentie.
In 1976 werd Mieke niet door het NOC uitgezonden naar de Olympische Spelen van Montreal. Een door haar aangespannen kort geding verliest ze. Ze besluit per direct te stoppen met de wedstrijdsport. Ze doet dat met een groot artikel in het blad De Tijd. Ze weet dat ze zich na deze teleurstelling niet meer kan opladen om tot grote prestaties te komen.
Als er ooit, net als bij de mannen, een top honderd van vrouwelijke Haarlemse atleten wordt samengesteld hoeft er niet getwijfeld te worden wie nummer 1 zou worden: Mieke Sterk.

De statistieken

In de clubbladen, in de plakboeken en op internet hebben we 170 baan- en indoorwedstrijden kunnen terugvinden waarin Mieke tijdens haar lidmaatschap van Atmodes aan de start verscheen. Maar waarschijnlijk zijn het er nog meer geweest.

Van deze 170 waren er 55 internationale wedstrijden
Hiervan waren er 25 interlands;
37 verbeteringen van clubrecords van Atmodes;
11 Nederlandse records (6 individueel en 5 met nationaal estafetteteam)
Van deze laatstgenoemde 5 was er één een wereldrecord;
Brons op de vijfkamp bij de Universiade van Turijn in 1970*;
7 maal Nederlands kampioen op de 80 / 100 meter horden (1967, 1969*, 1970*, 1972 t/m 1975)
3 maal Nederlands kampioen op de 60 meter horden indoor (1970*, 71* en 72)
1 maal Nederlands kampioen op de 100 meter vlak (1975)
2 maal Nederlands kampioen in de vijfkamp (1973 en 1975)
2 maal Nederlands clubkampioen met Atmodes (1965 en 1966)
13 keer de 100 meter binnen 12 seconden gelopen
5 keer de 200 meter gelopen binnen 24 seconden
8 keer sneller gelopen dan 13.5 sec. op de 100 meter horden.

* = niet in Atmodes-tijd

Beste prestaties
100 m 11.6 1968 Clubrecord (CR)
200 m 23.5 1973 CR
400 m 55.0 1967 CR
800 m 2.28.0 1965 CR
60 m horden 8.1 1974 Nederlands record (NR)
80 m horden 11.0 1967 CR
100 m horden 13.2 1973 NR
4 x 100 meter 43.4 1968 Wereldrecord
4 x 200 meter 1.34.8 1968 NR
ver 6.17 1975  
hoog 1.74 1975  
kogel 11.91 1976  
speer 36.22 1966  
discus 23.10 1964  
vijfkamp 4828 1973 NR

De Haarlemse damesatletiekvereniging Atmodes (1955-1987)

Annuleren